NIOZ leidt komende vier jaar vegetatieonderzoek Hedwigepolder
Hoe, waar en wanneer vegetatie zich ontwikkelt in gebieden die ontpolderd zijn, is van vitaal belang voor een goed beheer van deze nieuwe ecosystemen. Het NIOZ Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee heeft samen met de Vlaams-Nederlandse Schelde Commissie en Rijkswaterstaat financiering gekregen voor een vierjarige ontwikkelingsstudie naar indicatoren voor de eerste vestiging van vegetatie in ontpolderde gebieden zoals de Hedwigepolder.
Ontwatering van zeewater
Blijft de Hedwigepolder voor tientallen jaren een slik dat ongeschikt is voor plantenleven, of zal het gebied snel geschikt zijn voor de eerste vestiging van vegetatie? Projectleider Johan van de Koppel van het NIOZ: 'Ontwatering van zeewater lijkt belangrijk voor de vestiging van vegetatie. Bij slechte ontwatering blijft het slik zacht en zuurstofloos waardoor het voor planten heel moeilijk is om zich te vestigen. Is de ontwatering beter, dan ontstaat er ook niet gelijk vegetatie, maar vestigen zich wel karakteristieke matten van nopjes- of kiezelwieren. Die algenmatten kunnen opmerkelijke ruimtelijke patronen vormen en daarmee weergeven hoe goed de ontwatering is en wat de kansen zijn voor verdere vestiging van vegetatie.'
Die kennis vormt de basis van het gehonoreerde project. Van de Koppel wil met zijn collega’s onderzoeken hoe de ruimtelijke patronen van nopjes- en kiezelwieren gebruikt kan worden om de snelheid van verdere vegetatieontwikkeling te voorspellen. 'De uitkomsten gaan leidend zijn voor de monitoring van ontpolderde gebieden zoals de Hedwigepolder,' zegt Van de Koppel.
Herstel van habitatten in de Westerschelde
Sofie Verheyen van de Vlaams-Nederlandse Schelde Commissie (VNSC) benadrukt: 'Met de monitoring kunnen we de ontwikkeling van te ontpolderen gebieden nauwgezet volgen en direct ingrijpen als de ontwikkelingen niet bijdragen aan het herstellen van bepaalde habitatten die in de Westerschelde verloren zijn gegaan. Daarmee kunnen we de belangrijke samenwerking van het VNSC en het NIOZ verder uitbouwen.'
Leidende functie voor Nederland
Volgens Joost Backx van Rijkswaterstaat gaat de meerwaarde van het project verder dan alleen de ontwikkelingen van de Schelde. 'We kunnen deze Nederlandse meetmethodiek overal gebruiken in estuaria waar meer ruimte gemaakt moet worden om de veiligheid te verhogen tegen overstroming bij een stijgende zeespiegel. Dit project kan wereldwijd bijdragen aan een nieuwe manier van beheren van estuaria, waarin Nederland een leidende functie heeft.'
Foto: Agentschap voor Natuur en Bos, België